Stoppen naast de auto waar je voor wil gaan parkeren, buitenspiegels op gelijke hoogte, ongeveer 50 cm tussenruimte.
Schakelen in 1e versnelling.
Rijden met slippende koppeling.
Als de rechter buitenspiegel voorbij de auto is, volledig insturen naar rechts.
Als de rechter koplamp (denkbeeldige lijn linker arm – rechter koplamp) over de stoeprand gaat; terugsturen naar links.
Auto bijna recht; terugsturen in rechtuitstand.
Achteruit:
Stoppen naast de auto waar je achter wil gaan parkeren, buitenspiegels op gelijke hoogte, ongeveer 50 cm tussenruimte (1 spiegel ruimte tussen beide spiegels, er kan geen fiets meer tussendoor).
Schakelen in achteruitversnelling.
Achteruitrijden met slippende koppeling.
Als de C-stijl (stijl net achter achterbank) voorbij de auto is, volledig insturen naar rechts.
Als de denkbeeldige lijn linker arm – rechter koplamp evenwijdig loopt aan het wegverloop; terugsturen naar links.